1908 - Terugkeer naar Aalst

Na een lange afwezigheid keerden de kapucijnen terug naar Aalst. In 1908 diende stadsbouwkundige en gerenommeerd architect Julien (Julius) Goethals een aanvraag in voor het bouwen van een klooster en kerk op de hoek van de Sint-Jobstraat en de ontworpen - nog niet uitgevoerde - “boulevard”. De eerste overste was pater Athanasius van Schendelbeke.

Historiek PatersKapucijnenSinds 1932 werd de Sint-Laurentiusschool van Brugge overgebracht naar Aalst en geïntegreerd in het klooster. Deze school met “oude humaniora” bleef bestaan tot 1966 en telde o.a. in 1962 Urbain Servranckx, alias Urbanus Van Anus als leerling. Vanaf 1968 werd hier een afdeling van het Sint-Jozefscollege overgebracht. Op het hoogtepunt verbleven er in het klooster 30 paters die lesgaven in het aanpalend college.

Hoe kan ik beter de verwevenheid van de paters Kapucijnen met de Aalsterse bevolking illustreren dan met de affiche van de eerste kermis der paters kapucijnen in 1933 hieronder en dit extract uit de krant van 27 maart 1952 (In Memoriam Jan-Baptist De Gols, bron stadsarchief, Made In Aalst)

Vrijdag 14 maart, te 10u30 luidde het klokje van de Paters van Sint Job en een lijkwagen, voorafgegaan door biddende kloosterlingen en gevolgd door sympatiserende leken trok naar het kerkhof. Toen de mensen u nadien vroegen: "Wie was die Pater die daar begraven werd?" ... En als gij dan op uw beurt uitvorste: "Herinnert ge u nog die eerste Vlaamse kermis in 1933?" "Natuurlijk, hoe zouden we die ook kunnen vergeten?" "Hewel, die werd gehouden voor dien Pater, toen hij een tweede maal naar zijn Missie vertrok.

[huge_it_gallery_id="4"]  

Vanuit het klooster werden verschillende paters gedelegeerd naar diverse functies als pastoor van de in 1968 opgerichte parochie, biechtvader, aalmoezenier van verenigingen, mislezer bij de zusterkloosters en dienstverlening in de omliggende parochies. Maar bij het uitblijven van voldoende nieuwe roepingen, verouderde de kloostergemeenschap langzaam aan.

CommunauteitAalst2000

De blijvende doch afgenomen inzet van de enkele overgebleven paters, kon niet verhinderen dat – vooral de laatste 12 jaar – het klooster steeds meer een kleinere gemeenschap werd. Het veel te grote gebouwencomplex raakte stilaan in verval en de kloostertuin werd een ontoegankelijke wildernis nadat het voorstel om hem publiek toegankelijk te maken, werd afgewezen. Daarom werd een deel van het klooster omgebouwd tot een modern complex voor zes paters. Het prachtige Mariabeeld in de tuin dreigde verloren te gaan. Onder impuls van pastoor Paul Segers, zorgde de parochiegemeenschap ervoor dat het werd overgebracht naar de dreef naast de kerk, waar het werd ingezegend door de Abt van de abdij van Affligem.

 OLVinKloostertuinOLVinDreef

Op de viering van het 100-jarig bestaan van het Kapucijnenklooster namen de 4 overblijvende confraters afscheid van pater Paul Segers en van de parochiegemeenschap. Er werd tevens een unieke en druk bezochte tentoonstelling georganiseerd. De bezoekers werden, aan de hand van tentoongestelde kledij, schilderijen, kleine kunstvoorwerpen en eenvoudige huisraad door het dagdagelijkse leven van de paters gegidst. Ook postkaarten, foto’s en historische documenten uit de archieven van Antwerpen en Aalst werden voor de gelegenheid tentoongesteld.

Het klooster heeft nu een andere functie, al hadden veel mensen het liever een sociale bestemming zien krijgen. Het beukenbos en de kloostertuin werden opengesteld voor het publiek.