Met Aswoensdag gaan we de veertigdagentijd in, een tijd van bezinning, gebed en solidariteit. Regelmatig, voor een moment, uit het drukke ritme en leven van elke dag stappen om te bezinnen, in de stilte van een kerk, of in een hoekske in huis.

In stilte en gebed ontmoeten we onszelf met onze onrust.

In stilte en gebed ontmoeten we onszelf met onze onrust. Onze plannen, zorgen of verdriet mogen we in de handen van de Heer leggen, aan Hem toevertrouwen. In het gebed vinden we opnieuw rust, worden we weer mens.

In stilte en gebed ontmoeten we de wereld.

In stilte en gebed ontmoeten we de wereld, andere mensen in nood of verdriet. Hun vragen, eenzaamheid en angsten, raakt ons opnieuw over de grenzen van verschillen heen. In gebed worden we weer medemens.

Staren we ons soms blind op de wereld met al zijn oorlogen en mislukkingen, of op de rancune, verdriet of moedeloosheid in eigen hart … dan is er het gebed. Er is nog een andere wereld dan de wereld waarin ik leef. In de stilte van het gebed vinden we rust en worden we solidair. Ook Jezus veranderde van gelaat. Veertig dagen lang nam Hij de tijd om terug om terug kind van God te worden, om terug mens en medemens te worden.  

In stilte en gebed vertoeven we bij God.

In gebed vertoeven we bij God. In gebed ervaren we Zijn zachtmoedigheid, Zijn barmhartigheid, Zijn zorgzaamheid voor mens en wereld. In gebed ervaren we Zijn genade en oproep om telkens opnieuw die waarden terug waar te maken in onze eigen (leef)wereld.

In stilte en gebed moedigt Hij ons aan tot actie.